Een analyse gemaakt van de situatie op de woningmarkt.
Een persverklaring op persoonlijke titel van GroenLink fratie voorzitter Anto van Daalen
Uit een analyse van de crisis op de woningmarkt zijn de volgende conclusies te trekken:
-
de banken hebben de crisis op de markt voor koopwoningen veroorzaakt door strikte, inkomensafhankelijke voorwaarden aan de hypotheekverstrekking te stellen. Grote groepen woningzoekenden - met name zelfstandigen zonder personeel en tweeverdieners - krijgen onvoldoende hypotheek om een nieuwe woning te kunnen kopen en blijven noodgedwongen in hun huidige woning wonen;
-
deze vraaguitval leidt tot een kettingreactie van prijsdalingen van alle woningen tot onder het bedrag van het hypothecaire krediet. Nu al staan bij 500.000 huishoudens de hypotheken onder water en dit aantal zal nog fors groeien. Feitelijk bepaalt de bank dan, wat er met een woning gebeurt. Voor de bewoner is het eigen woningbezit geen lust, maar een last geworden;
-
de decimering van de overwaarde op de eigen woning leidt tot een enorme verarming van de bevolking. Het grootste deel van het eigen vermogen van huishoudens zit immers in stenen, in de overwaarde van de woning;
-
voor de banken dreigt een boomerang-effect. In hun streven de risico’s van hun omvangrijke hypotheekportefeuille te beperken, hebben zij een proces in gang gezet dat zich tegen hen zal keren en hun risico’s zal vergroten;
-
startersleningen zullen weinig soelaas bieden, omdat starters met een beneden-modaal inkomen minder dan vier keer hun jaarinkomen aan hypotheek kunnen krijgen.
Steeds meer partijen en organisaties stellen de hypotheekrenteaftrek ter discussie. Hun motieven verschillen, maar zijn opvallend eendimensionaal: óf om inkomenspolitieke redenen, óf als bezuinigingsmaatregel om het begrotingstekort te verminderen, óf om de hoge hypotheekschuld van de Nederlandse huishoudens te verminderen. De effecten op de woningmarkt en op de conjunctuur worden niet nauwkeurig geanalyseerd. Een beperking van de hypotheekrenteaftrek is op dit moment géén oplossing voor de crisis op de woningmarkt, omdat het geen koopkrachtige vraag creëert. Alleen een verruiming van de kredietverstrekking door de banken kan een zachte landing van de woningmarkt bewerkstelligen.
In de studie worden ook conclusies getrokken over de sociale huursector:
-
de uitstroom naar de koopsector wordt nog beperkter door de krappere hypotheek-verstrekking op de koopmarkt;
-
de doorstroming naar de geliberaliseerde huursector blijft miniem door het grote prijsverschil met sociale huurwoningen;
-
de doorstroming wordt nog verder verminderd doordat de Europese Unie heeft bepaald, dat alleen huishoudens met een beneden-modaal inkomen nog in aanmerking komen voor een sociale huurwoning;
-
minder uitstroom betekent minder instroom en dus langere wachttijden voor woningzoekenden;
-
het voorstel van de minister om de woningcorporaties te verplichten een groot deel van hun woningen te koop aan te bieden, zal het eigen woningbezit niet wezenlijk vergroten en dus niet het door haar gewenste effect hebben;
-
het is zinvoller om corporaties in staat te stellen om woningen met een huur van € 650 - € 1.000 te realiseren dan om voor meer sociale huurwoningen te pleiten.